donderdag 25 februari 2010

Plattelandsontwikkeling

















Urbanisatie wordt steevast uitgelegd als synoniem voor, en hier citeren we mijnheer van Dale uit 1995, 1° vorming van een stedelijke agglomeratie door uitbreiding van de bebouwing over het aangrenzende platteland; 2° (...) ; 3° grootscheepse trek van plattelandsbevolking naar de steden; en 4° concentratie van het leven in steden. Urbanisering zou je dan denken, is ongeveer hetzelfde maar slaat eerder op het lange termijn aspect ervan. Toch wil van Dale dat niet zo gezegd hebben. Volgens hem is urbanisering 'het karakter van een stad krijgen' of, toegepast op personen: tot stadsbewoner worden. Als voorbeeld voegt hij toe: verstedelijkte indianen in Washington, maar het had ook een Bosnon kunnen zijn, natuurlijk.

Urbanisatie en urbanisering is dus niet hetzelfde.

In de geografie heeft men een aantal criteria uitgewerkt om uit dit catalogusprobleem te geraken. Zo spreekt men van een 'morfologisch stedelijk gebied' van zodra de bevolkingsdichtheid van een stad en een aantal aangrenzende dorpen groter is dan 650 inw/km². Dit zou dan moeten overeenkomen met de klassieke definitie van urbanisatie: de stad die zich uitbreidt. Daarnaast heb je ook het 'functionele stedelijk gebied'. Hier spreekt men van wanneer meer dan 10% van de beroepsbevolking uit een bepaald gebied op de kern, het 'morfologisch stedelijk gebied' , is aangewezen om er te gaan werken. Binnen eenzelfde functioneel gebied kunnen natuurlijk ook verschillende kernen aanwezig zijn, men spreekt dan van een polycentrisch functioneel stedelijke gebied (wie meer hierover wil weten surft best eventjes naar http://www.espon.eu. )

Waar wil ik nu toe komen ?
Hoewel gebouwen, voorzieningen en bevolkingsdichtheid belangrijk blijven, heeft verstedelijking al lang niets meer te maken met de bebouwde stad alleen. Het gaat immers in de eerste plaats over de verstedelijking van de mens: waar haalt ie zijn inspiratie voor wijsheid vandaan ? Is dit enkel lokaal: komt de wijsheid voort uit de opeenvolging van de seizoenen en het aantal noten dat dit jaar geoogst wordt ? Of shopt ook de plattelandsmens de ruime wereld af op zoek naar de best passende en meest nuttige wijsheid ? Dit laatste heeft twee consequenties:
1: als er op het platteland stedelingen wonen, wonen er ook in de stad plattelanders.
2: stedelijk beleid en plattelandsontwikkeling zou over hetzelfde moeten gaan.

Op het plaatje: en toch: ergens stopt de stad...

woensdag 17 februari 2010

Toegankelijke steden

















Sinds enige tijd (mei 2009) is met Europese steun een zoveelste Vlaams Netwerk opgezet rond toegankelijk bouwen. Het project wil "netwerking en samenwerking rond de thema's toegankelijkheid en Universal Design tot stand brengen. Een aantal speerpunten werden gedefinieerd: verlichting, toleranties, signalisatie,...", lezen we op de website toegankelijk.be.
Het project is voornamelijk gericht op het toegankelijk houden van de woning en de publieke voorzieningen voor mensen die, omwille van handicap of gewoon ouder worden, te maken hebben met beperkte mobiliteit. Het mooie is dat verder gekeken wordt dan de zuiver fysische hindernissen die moeten overwonnen worden. Zo is er niet alleen aandacht voor de fameuze 2cm -eis voor buitenschrijnwerk (nodig om gebouwen tochtvrij te houden) die moet afgewogen worden tegen het voorkomen van struikelpartijen. Ook de rol van kleurencombinaties, vormgeving en signalisatie komt ter sprake, met daarbij de vraag of er zoiets is als een "universele" taal in vormgeving.

Dat is dan weer een mooie stedelijke gedachte: hoe kunnen we met kleurencombinaties en vormgeving onze steden toegankelijker maken, en dus ook gebruiksvriendelijker. En kunnen we daarvoor een 'universele' taal gebruiken die de eigenheid van de stad niet aantast. Of misschien is universaliteit nu net iets wat we moeten voorkomen: als de stad té toegankelijk wordt zal ze net haar aantrekkingskracht verliezen....

Op het plaatje: het Gravensteen in Gent, niet zo toegankelijk.

donderdag 11 februari 2010

Vooruit !

















In onze serie stadscafés pleit ik schuldig: het heeft een tijdje geduurd eer we terug het slechte pad bewandelden. Al maken ze het ons ook niet gemakkelijk. We hebben vandaag een pintje gedronken in de Vooruit in Gent. 100 % rookvrij en, zoals je ziet, helemaal niet leefbaar op een modale weekse avond.

Het blijft daar trouwens niet bij. Op HD-plasmaschermen worden de klanten ook gewaarschuwd voor oorschade ten gevolge van te luide muziek. Achterin staat een soort verdeelautomaat voor oordopjes. Voor een paar euro-centjes kun je je beschermen tegen de kwalijke geluidsgolven.

Op café gaan in de 21ste eeuw: 't is me wat.