Het studiebureau Groupe Descartes analyseerde Grand Paris, de bijna 12 miljoen tellende Parijse agglomeratie. Zij kwamen tot de vaststelling dat het belangrijke radiale trein- en snelwegennetwerk waarrond de agglomeratie zich ontwikkeld heeft, niet in staat is om voor de nodige mobiliteit te zorgen die noodzakelijk is voor de verdere ontwikkeling van de stad. De infrastructuren in de verschillende agglomeratiekernen 'beperken' zich tot deze vergelijkbaar met middelgrote steden zoals Firenze of Antwerpen. De belangrijkste uitdaging waar Grand Paris voor staat, is dan ook de verdere integratie van de intrastedelijke mobiliteit. Dit filmpje legt het allemaal in 80 seconden uit.
Het belang van intrastedelijke mobiliteit kan moeilijk overschat worden. De inwoners van een stad zijn immers haar belangrijkste economische hulpbron. Als die niet in staat zijn om van de ene plek naar de andere te reizen, gaat een stuk stedelijke capaciteit verloren.
Vandaag focust de Brusselse discussie zich op de integratie van het Gewest met haar omgeving. Dat is zeker een nuttige oefening. Maar het is waarschijnlijk nog nuttiger voor het Brussels gewest om eerst binnen haar 19 gemeenten tot betere intrastedelijke afstemming te komen. Als je Grand Paris moet voorstellen als een conglomeraat Europese steden, dan kan je niets anders besluiten dat Brussel een conglomeraat kosmopolitische dorpen is. Dat geeft voor sommigen de stad waarschijnlijk een cosy karakter, maar het is maar zeer de vraag of dit de stad ooit voldoende economische daadkracht zal geven.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten