Göteborg is een aangenaam stadje. Nu ja, zo een klein is het nu ook weer niet. Met een goed half miljoen inwoners is het de tweede stad van Zweden. De haven (de grootste van Zweden) en bijhorende industriële activiteiten zijn hier niet vreemd aan. Göteborg is ook een heel erg nette stad. Geen rommel of afval langs de weg, perfect onderhouden parken, nette gevels en natuurlijk mooie grote blonde mensen. Het lijkt wel geen echte stad.
Maar als je dan van de ene oever: de woonstad, kijkt naar de andere oever: de werkstad, kan je je moeilijk voorstellen dat het die Zweden zijn die langs de andere kant werken in havendokken. Dat is ook niet zo, daarvoor hebben ze zo'n 20 % immigranten, vooral uit Afrika. Nu kun je denken, mensen met een kleurtje, dat zou toch opvallen in dat hoogblond straatbeeld. Niets daarvan. Deze zitten veilig opgeborgen in enkele nieuwe 'settlements' ver weg in het bos. Angered is er het grootste en bekendste voorbeeld van. Alle niet-Zweedse nationaliteiten zitten daar in één grote multiculturele gemeenschap samen. 's Morgens veel busverbindingen naar de haven, overdag een minimum-dienst en 's avonds met z'n allen snel terug naar het bos.
Volgens de Zweden werkt dat prima zo.
Op het plaatje: blijkbaar hebben onze Zweedse vrienden nog wat meer dat ze in het bos, veilig verscholen in een rots verbergen. Wat weten we niet en stevige metalen poorten en een paar camera's maken je ook duidelijk dat het niet de bedoeling is dat je dat te weten komt. En ook: het viel al op dat er in de stad geen spatje graffiti te vinden was. Op het eerste gezicht: een niet gecontesteerde samenleving. Gelukkig is dat maar schijn. Tussen Göteborg en Angered vindt je geen rotsje meer onbeschilderd.
En zo heeft alles dan toch een plekje gevonden en kunnen we, oef, toch van een echte stad spreken, een rasterstad noemen ze dat tegenwoordig.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten